DECwrite Gebruikshandleiding

*HyperReader

  INHOUDSOPGAVE

  Titelpagina

  Copyright-pagina

  Voorwoord

  1      Basisbewerkingen

  1.1     DECwrite starten
    1.1.1      Een document openen
    1.1.2      Een aantal documenten openen

  1.2     Help opvragen

  1.3     Bewerkingen annuleren of ongedaan maken

  1.4     Een document bewaren

  1.5     Een document sluiten

  1.6     DECwrite beëindigen

  2      Begrippen

  2.1     Wat is een DECwrite document

  2.2     Het documentvenster

  2.3     Conventies van bestandsnamen

  2.4     Bewerkingen uitvoeren via menu's of met het toetsenbord

  2.5     MK2-menu's gebruiken

  2.6     Het gebruikersprofiel

  2.7     Een journaalbestand van een document bijhouden

  2.8     Informatie over de documentstatus

  3      Stijlbestanden gebruiken

  3.1     Een stijlbestand kiezen

  3.2     Elementen aanmaken
    3.2.1      Alinea's
    3.2.2      Titels
    3.2.3      Lijsten
    3.2.4      Voetnoten
    3.2.5      Pagina's
    3.2.6      Tekstblokken
      3.2.6.1      Tekststromen
      3.2.6.2      Splitsen
    3.2.7      Raamwerken
    3.2.8      Inhoudsopgave
    3.2.9      Index

  3.3     Elementen opnieuw opmaken

  3.4     De stijlcatalogus bijwerken
    3.4.1      Stijlen aanmaken en wijzigen
    3.4.2      Stijlen wissen
    3.4.3      Stijlbestanden veranderen

  3.5     Statusinformatie over een element weergeven

  4      Tekst bewerken

  4.1     Het tekstbewerkingstoetsenbord kiezen

  4.2     Tekstblokken gebruiken om tekst bijeen te houden

  4.3     De cursor verplaatsen
    4.3.1      De cursor in het documentvenster verplaatsen
    4.3.2      De cursor door het document verplaatsen
    4.3.3      De cursor door tekststromen verplaatsen
    4.3.4      De cursor verplaatsen naar een opgegeven woord

  4.4     Tekst invoegen
    4.4.1      Tekst invoeren via het toetsenbord
    4.4.2      Documentinhoud importeren
    4.4.3      Inhoud koppelen

  4.5     Tekst selecteren met selectiegebieden

  4.6     Tekst wissen

  4.7     Tekst verplaatsen
    4.7.1      Tekst kopiëren en plakken
    4.7.2      Tekst knippen en plakken

  4.8     Tekst vervangen

  4.9     Documentinhoud exporteren

  4.10    Tekst opnieuw opmaken
    4.10.1     Tekstkenmerken veranderen
    4.10.2     Alineakenmerken veranderen
    4.10.3     Tekst uitlijnen
    4.10.4     Tekstpositie aanpassen

  4.11    Documentwijzigingen markeren
    4.11.1     Wijzigingsstrepen gebruiken
    4.11.2     Doorhalingen gebruiken
    4.11.3     Wijzigingspagina's gebruiken

  5      Tabs, tabellen, verwijzingen en huidige waarden aanmaken

  5.1     Tabs gebruiken
    5.1.1      Tabs tonen
    5.1.2      Een tab instellen
    5.1.3      Een bestaande tab wijzigen
    5.1.4      Een tab verplaatsen
    5.1.5      Een tab wissen

  5.2     Tabellen aanmaken

  5.3     Tabellen in tekstblokken aanmaken

  5.4     Verwijzingen en huidige waarden gebruiken
    5.4.1      Verwijzingen aanmaken
    5.4.2      Een label voor een verwijzing aanmaken
    5.4.3      Een verwijzing invoegen
    5.4.4      Een label opvragen
    5.4.5      Het label van een verwijzing wissen
    5.4.6      Een eindnoot aanmaken
    5.4.7      Documenten invoegen met identieke labels
    5.4.8      Huidige waarden invoegen
    5.4.9      Een verwijzing of huidige waarde wissen

  6      Afbeeldingen bewerken

  6.1     Hulpmiddelen bij het tekenen

  6.2     Statusinformatie over afbeeldingen tonen

  6.3     Objecten aanmaken
    6.3.1      Standaardobjecten
    6.3.2      Vrije-vormobject
    6.3.3      Tekstregel-object

  6.4     Objecten selecteren

  6.5     Objecten wissen

  6.6     Objecten verplaatsen, kopiëren, vergroten of verkleinen
    6.6.1      Objecten verplaatsen
    6.6.2      Objecten kopiëren
    6.6.3      Objecten vergroten of verkleinen

  6.7     Objecten per punt verplaatsen

  6.8     Objecten overplaatsen
    6.8.1      Kopiëren en plakken
    6.8.2      Knippen en plakken

  6.9     Grafische kenmerken veranderen

  6.10    Objecten opnieuw indelen
    6.10.1     Objecten uitlijnen
    6.10.2     Ruimte tussen objecten
    6.10.3     Objecten stapelen
    6.10.4     Objecten samenvoegen

  6.11    Grootte en vorm van objecten veranderen
    6.11.1     Objecten proportioneren
    6.11.2     De objectvorm veranderen

  6.12    Inhoud bij elkaar houden met raamwerken
    6.12.1     Afbeeldingen in een raamwerk plaatsen
    6.12.2     De grootte van een raamwerk aanpassen

  7      Werken met directe koppelingen

  7.1     Koppelingen aanmaken

  7.2     Een voorbeeld van een applicatiekoppeling
    7.2.1      Gegevensblokken aanmaken
    7.2.2      Invoerbestanden opgeven
    7.2.3      Bestandslocaties
    7.2.4      Een koppeling bijwerken

  7.3     Koppelen met een document

  7.4     Koppelen met een tekening

  7.5     Koppelen met een afbeelding

  7.6     Koppelen met een diagram

  7.7     Koppelen met een spreadsheet

  7.8     Koppelen met een database

  7.9     Koppelen met een Builder script

  7.10    Koppelen met een wiskundige editor

  7.11    Gegevens koppelen met andere applicaties

  7.12    Koppelingen wijzigen en verbreken

  7.13    Gekoppelde gegevens bewerken

  8      De DECwrite wiskundige editor

  8.1     De wiskundige editor oproepen
    8.1.1      Opmaak van een vergelijking
    8.1.2      Werken met wiskundige functies
    8.1.3      Groeperen
    8.1.4      Begrenzingstekens
    8.1.5      Een vergelijking aanmaken
    8.1.6      Een vergelijking tonen
    8.1.7      Een vergelijking bewaren
    8.1.8      Een bestaande vergelijking in uw document invoegen
    8.1.9      Een vergelijking bewerken

  8.2     Besturingscodes in de wiskundige editor

  9      Stijlbestanden ontwerpen

  9.1     Overwegingen bij het ontwerp van een stijl
    9.1.1      Het document als geheel bekijken
    9.1.2      Beginnen bij de kleinste elementen

  9.2     Koppeling met een stijlbestand

  9.3     Een koppeling met een stijlbestand verbreken

  9.4     Nieuwe stijlbestanden aanmaken
    9.4.1      Het stijlbestand in de systeembibliotheek vervangen
    9.4.2      Een bestaand stijlbestand wijzigen
    9.4.3      Een document gebruiken om een stijlbestand aan te maken
    9.4.4      Een nieuw stijlbestand aanmaken

  9.5     Een stijlbestand bewaren

  9.6     Werken met stijlbestanden aangemaakt door de gebruiker

  9.7     Paginastijlen opgeven
    9.7.1      Kenmerken voor de paginastijl opgeven
      9.7.1.1      Romptekstblokken aanmaken
      9.7.1.2      De tekstblokstijl kiezen
      9.7.1.3      Kop- en voettekstblokken toevoegen
      9.7.1.4      Paginanummers aanmaken
      9.7.1.5      Grafische afbeeldingen in randtekstblokken
    9.7.2      Een paginastijl definiëren
    9.7.3      Een paginastijl wijzigen
    9.7.4      Een paginastijl met dubbelzijdige pagina's aanmaken

  9.8     Andere stijlen opgeven

  10     Werken met macro's

  10.1    Een macro definiëren

  10.2    Een macro in een macro-bestand opslaan

  10.3    Een macro wissen

  10.4    Een macro-bestand laden

  11     Inhoudsopgave en index aanmaken

  11.1    Een inhoudsopgave aanmaken
    11.1.1     Werken met een inhoudsopgave-element
    11.1.2     Een inhoudsopgave opnieuw verwerken
    11.1.3     Een inhoudsopgave bewerken
    11.1.4     Een inhoudsopgave wissen

  11.2    Een index aanmaken
    11.2.1     Een index-item aanmaken
    11.2.2     Een subitem toevoegen aan een index-item
    11.2.3     Verwijzingen naar index-items aanmaken
    11.2.4     Index-items sorteren
    11.2.5     Een index-item zoeken
    11.2.6     Het indexelement gebruiken
    11.2.7     De index opnieuw verwerken
    11.2.8     De index bewerken
    11.2.9     Een index wissen

  12     Taalhulp

  12.1    De spelling controleren
    12.1.1     De spellingcontrole gebruiken
    12.1.2     Een persoonlijke woordenlijst wijzigen

  12.2    Thesaurus

  12.3    Gebruikersalarm

  13     Een document afdrukken en verzenden

  13.1    Een document afdrukken

  13.2    Een document verzenden

  Verklarende woordenlijst

  TABELLEN

  1-1        Kenmerken nieuw document

  2-1        Conventies van bestandsnamen

  2-2        Toetscombinaties

  3-1        Splitsingen van tekstblokken

  4-1        Toetsequivalenten voor cursorverplaatsing in een venster

  4-2        Toetsequivalenten voor het per pagina verplaatsen van de cursor

  4-3        Speciale zoektekens

  4-4        Speciale tekens

  4-5        Toetsequivalenten voor wisbewerkingen

  4-6        Toetsequivalenten voor wisbewerkingen met elementen

  4-7        Tekstkenmerken

  4-8        Alineakenmerken

  4-9        Tekst uitlijnen

  6-1        Hulpmiddelen bij het tekenen

  6-2        Grafische kenmerken

  8-1        Wiskundige uitdrukkingen

  8-2        Wiskundige symbolen

  10-1       Voorbeeld van een macro

  13-1       Afdrukopties